-
1 toepasbaar
-
2 toepasbaar
-
3 toepasbaar
приемлемый; уместный; подходящий; соответствующий; применимый* * *прил.общ. приемлемый, уместный, подходящий, соответствующий -
4 toepasbaar
adaptabel, aplikabelDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > toepasbaar
-
5 toepasbaar
• applicable -
6 toepasbaar
adaptabel, aplikabel -
7 hij oordeelde die maatregel niet toepasbaar
hij oordeelde die maatregel niet toepasbaarVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij oordeelde die maatregel niet toepasbaar
-
8 die toepasbaar zijn op
гл. -
9 applicable
toepasbaar -
10 praticable
praticable1 [praatiekaabl]〈m.〉————————praticable2 [praatiekaabl]1 uitvoerbaar ⇒ doenlijk, mogelijk4 echt ⇒ werkelijk, niet nagemaaktadj1) uitvoerbaar2) toepasbaar3) begaanbaar4) echt, niet nagemaakt -
11 которые распространяются на
adjgener. die toepasbaar zijn opRussisch-Nederlands Universal Dictionary > которые распространяются на
-
12 подходящий
adjgener. behoorlijk, bekwaam, geschikt, pertinent, 4 opportuun, aankomend, aannemelijk, gelegen, gepast, gevoeglijk, passend, toepasbaar, toepasselijk -
13 приемлемый
adjgener. geldig, genietbaara, passabel, passeerbaar, toepasbaar, toepasselijk, aannemelijk, aanvaardbaar, acceptabel, annemelijk, civiel, geoorloofd -
14 соответствующий
adjgener. desbetreffende, betreffende, onderhavig, passend, respectief, toepasbaar, toepasselijk -
15 уместный
adj1) gener. geplaatst, toepasbaar, toepasselijk, gepast, puntig, relevant -
16 applicable
adj. toepasselijk; bruikbaar[ æplikkəbl, əplikkəbl] 〈applicably; zelfstandig naamwoord: applicability〉1 toepasselijk ⇒ toepasbaar, bruikbaar2 geschikt ⇒ passend, doelmatig♦voorbeelden: -
17 versatile
adj. veelzijdig[ və:sətajl] 〈zelfstandig naamwoord: versatility〉♦voorbeelden: -
18 applicable
applicable [aapliekaabl]1 die, dat aangebracht kan worden (op)♦voorbeelden:2 être applicable à qn., à qc. • op iemand, op iets van toepassing zijnadj2) die, dat aangebracht kan worden -
19 adaptabel
aanwendbaar, toepasbaar, toepasselijk; bruikbaar, geschiktDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > adaptabel
-
20 aplikabel
aanwendbaar, toepasbaar, toepasselijkDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > aplikabel
- 1
- 2